Om succesvol zaken te doen in Duitsland blijft het voor Nederlandse ondernemers essentieel om de Duitse taal te beheersen en de kennis van het Duits schiet nu nog te kort, vooral bij jonge werknemers. Dit blijkt uit resultaten van een ondernemersenquête, die de Duits-Nederlandse Handelskamer (DNHK) samen met evofenedex en VNO-NCW heeft uitgevoerd begin 2018 onder 250 Nederlandse ondernemers. 

Duitsland is de sterkste handelspartner van Nederland: in 2017 jaar steeg de export van producten naar Duitsland vergeleken met het jaar ervoor in totaal met 9,1 procent naar 91,4 miljard euro. Maar welke rol speelt taal voor de handelsrelatie met de oosterburen? De resultaten van de enquête laten zien, dat ondernemers het nog steeds belangrijk vinden om Duits te spreken. “90 procent van de ondervraagden ziet beheersing van de Duitse taal als een noodzaak om succesvol te kunnen exporteren naar Duitsland”, aldus  DNHK-directeur Günter Gülker.

Ondanks het belang dat het spreken van Duits in hun zakenrelatie volgens Nederlandse ondernemers heeft, schat meer dan de helft van de ondervraagden de Duitse taalvaardigheid van medewerkers en collega’s als onvoldoende in. Slechts 17,8 procent denkt dat de taalkennis van goed niveau is. Een zorgelijke ontwikkeling, want zes jaar geleden schatte nog 29,5 procent van de ondervraagden de kennis als voldoende in. “Helaas horen wij ook vaker van de bedrijven die bij ons lid zijn, dat jonge werknemers het Duits niet zo goed beheersen of dat bedrijven zelfs moeite hebben om Duitstalige vacatures te vervullen. Er moet dus actie ondernomen worden en in het Nederlandse onderwijssysteem moet meer aandacht komen voor het schoolvak Duits”, zegt Gülker. 

Het grootste gedeelte van de ondervraagden (86,8 procent) is er, net als bij de afgelopen editie van de enquête, van overtuigd dat ze meer omzet zouden kunnen behalen wanneer medewerkers de Duitse taal nog beter zouden beheersen. 

Lees meer over dit onderzoek op de website van de Duits-Nederlandse Handelskamer

 

Foto credit: maxpixel.net